BINNENTREKKEN.

Trage tred!
Niets in 't net!
't Weer is ziek en stokkeblet.
Zeil en helpt noch riemenslagen.
Langzaam glijdend langs de koord,
sleepen wij de sloepen voort...
en de steenen klagen.

Hard genoeg!
Veel te vroeg
keert de boot met hoogen boeg.
Hoort die arme vrouwen vragen!
Ziet ze kijken om en om,
handen neer en monden stom...
en de steenen klagen.

Wie gezwind
blijgezind,
binnenvaart met visch en wind,
o, die kent geen doode dagen!
Laas! te scheurend is 't verschil!
Gister stormen, heden stil...
en de steenen klagen.



209 Gedichten, Amsterdam (S.L. Van Looy) 1907, 224 p.
224 Gedichten, tweede vermeerderde druk, Amsterdam 1911, 242 p.
287 Gedichten, derde vermeerderde druk, Amsterdam 1918, 305 p.