O VREUGDETRAAN, DIE KLAAR IN DE OOGEN ZWOL

O vreugdetraan, die klaar in de oogen zwol!
O Vrouwe, trouw en rijk!
Zoo groot is ons geluk, zoo zonnezwaar, zoo vol,
dat nooit de kracht ons zal begeven
om 't saam te dragen, hoog en schoon.
Engel rein! Thans komt de zuivere kroon,
Gods kroon gelijk.
In liefde brandt ons leven.



192 Het boek der liefde, Amsterdam (J.M. Meulenhoff) 1921, 269 p.