HET KOMMANDO

De korporaal schreeuwt: "Borms of Daems,
het moet hier uit zijn met uw Vlaamsch!"

Dan komt de edele sergeant:
"Is deze boer een flamingant?"

De luitenant die strijkt zijn snor:
een Vlaamsche meid, ça passe encor'.

De kapitein roept: "Kerels, koes!
Pour la Belgique nous mourrons tous".

't Majoorken trekt zijn bliksemlat:
"Crénom de dieu wat is me dat!?"

De kolonel die weet het wel:
dat Vlaamsch dat geeft hem kippenvel.

De generaal, gewiekste Waal:
"Moi, j'aime bien la moedertaal".

De koning, een moderne vent,
zwijgt stil en trekt zijn traktement.



79 Nagelaten Gedichten, Amsterdam (G. Van Soest) 1937, 95 p.
134 De Noodhoorns uitgegeven in 1940, 1943 en 1975, 186 p.