AARDE IS ZO SCHOON

Aarde is zo schoon.
Eeuwige frisheid waait uit gras en dauw en loover.
Elke vogel slaat een eigen toon
door 't zwellend ruim.
De leeuwerik spant de kroon.

Aarde is zoo schoon, zoo schoon.
De hemel ziet haar aan
en buigt met wolken er over.
Van vreugde alle harten slaan
een juichgeluid.
De dichter spant de kroon.

Aarde is zo schoon, zo schoon, zo schoon!



82 Nagelaten Gedichten, Amsterdam (G. Van Soest) 1937, 95 p.
170 De Noodhoorns uitgegeven in 1940, 1943 en 1975, 186 p.
73 René De Clercq. Daar is maar één land.... Hasselt 1964, 76 p.